Tempé Batjam. (In santen gestoofde, gefituurde tempé)

 

   * 1/2 plak tempé,

* 4 stukjes asem ter grootte van een walnoot,

   * 1/10 blok santen,

* 1 salamblaadje,

   * 2 dl. water,

* zout naar smaak,

   * 1 theel. laos,

* olie.

   * 2 eetl. gula djawa,

 


   Snijd de tempé, beginnend vanuit een hoek, in schuine repen van 2 1/2 cm en de repen schuin in    ruitvormige plakken.
   Breng het water aan de kook met de asem en de gula djawa. Kook zachtjes tot alle gula djawa gesmolten    is, voeg er daarna het salamblaadje aan toe, de laos, een beetje zout en de in een beetje warm water    opgeloste santen. Laat in deze vloeistof de tempé zachtjes koken tot het water vrijwel verdamp is. Laat    de tempé even opdrogen en bak de stukken in de olie ot ze gaar zijn.