Pasteitjes. (Deegkorst gevuld met vlees en groente)

 

    Vulling:
 

   * 1 pond halfom gehakt,

* selderij,

   * 1/2 pakje soöen (laksa),

* een paar eetl. erwten,

   * 1 ui,

* 1 eetl ketjap,

   * 2 teentjes knoflook,

* peper,

   * 1 bouillontablet,

* ca. 50 gr. boter.


   De soöen eerst een paar min. weken in heet water. De fijngesneden ui en knoflook fruiten in de    margarine. Het gehat met de bouiilontablet en de peper erbij voegen en rul bakken. De fijngesneden    selderij er doorheen scheppen samen met de uitgelekte erwten. De soöen uit laten lekken en in stukjes    van ca. 3 cm. knippen. De soöen en het vlees-kruidenmengsel door elkaar scheppen, en af laten koelen.
 

   Korst:
 

   * 1 pond bloem,

* zout,

   * 150 gr. margarine,

* ca. 1/2 glas water,

   * 1 ei,

* olie.


    Een kuiltje in de bloem maken, ei, margarine, zout en wat water toevoegen en kneden, er mag zoveel     water toegevoegd worden zodat het deeg niet te kleverig wordt. Bestuif het werkblad met een klein     beetje bloem en rol het deeg uit tot een lap van 1/2 cm. dikte. Steek hieruit met een breed glas of kopje     ronde plakken van ca. 10 cm. doorsnee. Leg ca. 1 eetl vulling op het deegrondje en sla het dubbel. Met     duim en wijsvinger lipjes in de rand drukken en deze omvouwen, zo ontstaat de indruk van vlechtwerk     langs de rand. De pasteitjes worden in ruime olie aan beide zijde gebakken op niet te groot vuur.