Rawon.
(Javaanse rundvleessoep)
* 800 gram doorregen
runder- of borstlappen , |
* 2 theel.
ketoembar, |
* 1˝ liter water ,
|
* 2 theel.sereh
, |
* 4
kloewekpitten, |
* 1˝
theel.koenjit, |
* 4 eetl.
plantaardige olie, |
* 2 eetl. laos,
|
* 6 blaadjes djeroek
poeroet, |
* sambal oelek of sambal
trassie, |
* 1 theel.
trassi, |
* 8 eetl. rauwe
taugé, |
* 3 theel.
knoflookpoeder, |
* 8 eetl.fijngesneden
prei, |
* 2 fijngesneden uien
, |
* 4 hardgekookte
eieren, |
*
zout, |
* 6 eetl. fijngesneden
selderij, |
* ˝ citroen, |
* 400 gram drooggekookte
rijst. |
* kroepoek oedang,
|
|
Laat een dag van tevoren de 4
kloewekpitten in wat warm water weken. Snijd ze heel fijn. Breng in een ruime
pan 1˝ liter water aan de kook. Snijd het rundvlees in blokjes en laat het met
zout en de djeroek poeroet in het water zachtjes gaarkoken. Voeg het
kloewek-weekvocht bij de bouillon. Uien, kloewekpitten, knoflook, ketoembar,
sereh, koenjit, laos en trassi even fruiten in de slaolie. Doe het mengsel in de
bouillon. Voeg het sap van de halve citroen aan de rundvleessoep toe en laat het
geheel 2 uur zachtjes sudderen. Verwijder de blaadjes djeroek poeroet en voeg
zout toe.
Dien het gerecht als volgt
op: Doe drooggekookte rijst op een diep bord. Leg daaromheen taugé, prei en
partjes hardgekookt ei. Giet de rundvleessoep hier overheen en strooi er de
selderij over. Geef de kroepoek en de sambal apart erbij.
|