Sajoer Dajak. (Soort vlees/groentesoep)
 

   * 250 gr. magere varkenslappen of       schouderkarbonades,

* peper,

   * 750 gr. Chinese kool,

* zout,

   * ca.200 gr. prei,

* citroensap,

   * stukje djahé van 3 cm,

* ½ lt. bouillon, eventueel van een blokje,

   * 1 theel. sambal trassie,

* 2 eetl. olie.


   Snijd het vlees in dobbelstenen van 2½ cm. Was de kool en snijd deze grof. Was de prei en snijd hem fijn.    Schil de djahé . Meng het vlees met de prei, peper, zout, sambal, citroensap, knoflook en olie door elkaar    en kneed dit even met de hand. Laat het ongeveer 1 uur in de koelkast marineren. Breng de bouillon aan    de kook met het geschilde stukje djahé. Als de djahé niet vers te krijgen is gebruik dan djahépoeder. Voeg    in dat geval 3 theelepels djahépoeder toe aan de marinade.

   

   Voeg het gemarineerde vlees met de kruiden aan de bouillon toe en laat het geheel een ½ uur koken.    Voeg er als het vlees nog net niet gaar is (proeven!) de kool aan toe, telkens met een hand vol tegelijk.    Roer het geheel om. Laat de kool zonder deksel 2 minuten meekoken en zet het gas dan uit. U kunt dit    gerecht een poos van tevoren bereiden, maar dan moet u wel pas vlak voor het opdienen (en tijdens    het opwarmen) de kool eraan toevoegen.

   Gebruikt u deze sajoer zonder bijgerechten, dan moet u de dubbele hoeveelheid vlees nemen.