Kakul Mekuah. (Kleine slakken in kruidige bouillon)
 

   * 50 kleine slakken,

* 1 theel. witte peper,

   * 2 theel. asem,

* 7 kemirinootjes,

   * 2 eetl. olie,

* 1 theel. trassi,

   * 1 l. water,

* 1 theel. zwarte peper,

   * zout,

* 3 teentjes knoflook,

   * 1 serehstengel,

* 7 sjalotjes,

   * 5 salamblaadjes,

* 1 stukje djahé van ong. 5 cm,

   * 1 theel. ketoembar,

* 2 stukjes koenjit van ong. 3 cm.

   * 3 rode lomboks,

 


   Pel en schil de knoflook en de sjalotjes en snipper ze fijn. Was de lomboks en hak ze fijn. Schil de djahé en    de koenjit en hak ze fijn. Wrijf de knoflook, de sjalotjes, de lomboks, de djahé, de koenjit, de    kemirinootjes, de ketoembar, de trassie en de peper fijn in de vijzel. Was de slakken en laat ze uitlekken.    Knip het bovenste gedeelte van de serehstengel en knip de stengel in stukken en kneus ze met de    stamper van de vijzel. Verhit de olie in de wok en fruit het kruidenmengsel goudbruin. Voeg het water en    zout naar smaak toe, doe de slakken, de asem, de salamblaadjes en de sereh erbij en laat het samen    ongeveer 20 minuten koken.